Wat is jaloezie toch een vervelende en nare eigenschap. Zo’n eigenschap
die je helemaal niet wilt hebben. De laatste jaren gaat het
best goed, hoor. Ik gun de ander heel veel, maar op een enkel vlak
kan ik dat boosaardige duiveltje dat de jaloezie met zich meebrengt
niet negeren. Lang dacht ik ook de enige te zijn die dit voelde, en ik
voelde mij er schuldig om, ik schaamde me er zelfs voor dat ik dat
gevoel had. Ik sprak er met niemand over. Tot mijn zus, vriendinnen
en een collega mij erover bevroegen. Het gesprek begon met de
mededeling van mijn kant dat een collega van mij naar Curaçao op
vakantie gaat. In de herfstvakantie. Ik zeg nog: “Leuk hè voor haar.”
En van binnen denk ik, ja, dat wil ik graag zo voelen, maar eigenlijk
denk ik, rotmens, dat wil ik ook. Ik weet niet meer wie het het eerst
uitsprak, maar gezamenlijk kwamen we tot de conclusie dat we het
helemaal niet leuk vinden voor haar. We vinden het prima dat ze op
vakantie gaat. Lekker naar de zon in de herfstvakantie, maar dan wel
naar Ibiza of naar Turkije. Geen probleem, maar niet naar Curaçao.
En dat is vreemd, het is en blijft een prachtig eiland en ik raad het
iedereen aan. Maar dan wel op een moment dat ik er ook ben. Niet om nou de hele dag samen
op te trekken, liever niet zeg. Een paar dagen oké, maar ga daarna vooral lekker je eigen gang.
Nee, het is meer het idee dat als ik er ben, dan mag de ander er ook zijn. Maar niet als ik er
niet ben. Het is mijn eiland en daar mag je niet heen als ik er niet ben. Heel kinderachtig en
bezitterig en daarom heb ik er ook nooit over gepraat tot deze zomer. En wat bleek, dit gevoel
werd gedeeld en herkend. Ik ben niet de enige die dit voelt.
Nu gaat er niet alleen een collega op vakantie deze herfstvakantie. Er gaat zelfs een collega
emigreren dit najaar. Dat geeft weer een hele andere dimensie aan de jaloezie. Op vakantie
gaan is nog tot daar aan toe, maar emigreren, dat is echt een brug te ver voor mij. Ik hoor haar
verhalen aan over kinderkleding kopen in de zomeruitverkoop, want straks hebben ze enkel
zomerkleren nodig. En ik luister naar de verhalen over het zoeken naar een gepaste school.
Maar dan komt de vraag over huisvesting. “In welke buurt kunnen we nu het beste naar huizen
zoeken?” Op dat moment schud ik mijn schouders recht. Niet alleen om boven mijn jaloezie
te gaan staan, maar vooral om dat duiveltje van me af te schudden dat nu de meest slechte
buurten roept die je maar kunt bedenken om met een jong gezin uit Nederland te gaan wonen.
Natuurlijk ben ik fatsoenlijk opgevoed en geef haar de juiste namen door. Ze weet nu waar ze
het beste kan wonen. Maar en passant geef ik toch het advies om vooral ook wat dikke truien
en maillots aan te schaffen, want als de kinderen les krijgen in de airco wil je toch niet dat ze
het koud krijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten