Ons huis heeft één verdieping. Het huis van mijn zus al
twee. Volgens mijn zoontje woont mij zus in een hotel, met al die kamers.
Hij sliep boven en wij beneden. Maar daar was meneer het
niet mee eens. Ook hij wilde beneden slapen. Net als iedereen, was zijn
verweer. Net als papa en mama en de poes. Tegen dat laatste kon ik niets meer
inbrengen, dus hij mocht ook naar beneden. We hadden nog een kamer over, dat
wil zeggen, dat was studeerkamer, maar goed, we wilden het best proberen. Niet
alles meteen omruilen, maar een proefperiode van een paar weken.
Het gevolg is nu dat hij slaapt tussen heel veel
boekenkasten en ik werk , terwijl ik kijk naar een posten van Pluk van de
Petteflet.
Als kind had ik mij nooit gerealiseerd dat wonen op één
woonlaag erg prettig is. Het was vanzelfsprekend. Iedereen woonde op dezelfde
verdieping. Je had maar één verdieping. Hooguit een paar treetjes om je huis binnen te
komen. Ooit bedacht om het stof van het zand, uit de tuin, buiten te houden.
Toen wij ons huis kochten vond ik het meteen erg fijn dat we
maar één verdieping hadden in dit huis. Je hoefde hooguit één trap op. En nu
die kleine beneden slaapt hoef ik niet meer meerdere keren per dag naar boven.
Ik werk er nu, dus dat is één keer heen en één keer terug.
Voor de rest hebben wij alles gelijkvloers. Mensen vragen
wel eens bij binnenkomst of ik heb moeten wennen aan dit huis. Nee joh, zeg ik
dan altijd, het is net als vroeger. Alles gelijkvloers, heerlijk. Ik snap ook niet dat er op Curaçao steeds
meer de lucht in wordt gebouwd. Ik zie
het als een soort van luxe. Het ene huis is nog groter dan het andere en dan
die verdieping erop. Dat is het. Wat ze dan vergeten is dat je dan ook al die
trappen op moet. Als je kind ziek is,
kun je een trap op. Wat zeg ik, dan kan je die trap wel tien keer op. Ben je
aan het opruimen, dan kan je die trap weer op. En waar lag nou ook alweer dat
ene boek. Oh ja, boven, en daar ga je dan weer.
Als student heb ik
altijd in een flat gewoond en dat beviel prima. Ook alles gelijkvloers. Net als
nu, maar dan met minder mensen om me heen.
Nee, ik zou niet anders meer willen. Het voelt als thuis,
het is luxe.