Je kan er niet omheen. Weer niet. De verkiezingsstrijd is in
alle hevigheid losgebarsten. Ik heb nog even teruggekeken naar oktober wat ik
toen schreef om te voorkomen dat ik in herhaling val en dat is bijna niet te
voorkomen. Het grote verschil met een half jaar geleden is dat wij nu wel mogen
stemmen. We wonen lang genoeg op het eiland om te stemmen en stemmen zullen we.
Nog nooit heb ik zo overtuigd gestemd. Wie mij een beetje heeft gevolgd door de
jaren heen weet waar mijn voorkeur naar uit gaat. Het eiland is verdeeld en dat
doet pijn. Het brengt onrust en verdeeldheid met zich mee. Niet alleen op het
hoogste politieke niveau, maar ook onder buren, vrienden, familie en
collega’s. Op straat kunnen we er niet
omheen dat er verkiezingen komen, letterlijk niet dit keer. Dat de rotonde van
palu blanku er niet overzichtelijker op is geworden is wel tekenend voor de
verkiezingen. Als hun regeerprogramma er net zo uit, dan vrees ik veel
ongelukken. Zo ook de Caracasbaaiweg. De weg was al vervuild door alle reclameboren
die als wildgroeiende paddestoelen uit de grond kwamen en daar kwamen nu nog
meer borden bij. Ik word er zo door afgeleid dat ik te ver door rij en afslagen
mis, tot grote hilariteit van mijn zoon. Die overigens bij elk bord vraagt wie
nu wie is en of ik even wil kijken. Nee schat, ik wil niet kijken, ik kan niet
kijken. Ik moet op de weg letten. Dat is al een uitdaging op zich. Ondertussen
denk ik aan al het verkiezingsleed dat voorbij komt. Er gaat geen dag voorbij
of de krant bericht over het wel, maar meestal het wee dat een ander is
aangedaan. Meestal door niemand, want als je er naar vraagt weet niemand iets.
Ook de verkiezingsbeloftes vieren hoogtij. Als alles nu eens door zou gaan wat
nu beloofd wordt of al in gang is gezet door diegenen die het nu voor het
zeggen hebben dan verandert er een heleboel. Ik hou mijn hart vast als straks
de schatkist echt leeg is en de besluiten teruggedraaid moeten worden. Op die
salarisverhogingen na natuurlijk. het is wel het volk dat de rekening zal
moeten betalen. Het volk dat nu ingezet wordt als pion en straks als eerste van
het bord afvliegt als het zo uitkomt. De stemming over de uitslag is wisselend.
De een is hoopvol, de ander pessimistisch. De een is net op vakantie en baalt,
de ander is juist blij dat hij niet op het eiland is. Feit is dat het een
historische dag zal worden. Zo mogelijk spannender dan in 2010. Door alle
commotie van de afgelopen maanden heeft iedereen nu ondertussen wel een of
meerdere keren kleur bekend. Wat toen nog onbekend en nieuw was is inmiddels
bekend, beroemd en berucht. Konden we vroeger nog met alle partij vlaggen door
de straten rijden als tiener, nu is dat ondenkbaar. Konden vroeger de partij
leiders na een stevige discussie in de staten ‘s middags bij de snèk een
biertje samen drinken, nu is dat ondenkbaar. Klappen, brand en diefstal voeren
de boventoon in deze turbulente periode. Ik wil rust. Rust voor het eiland en
rust voor mijn ogen als ik op straat rij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten