vrijdag 11 september 2015
Pasa palu
Na vijftien jaar dacht ik dat mijn man inmiddels gewend was
aan ons partois van taal. Vanaf het moment dat wij weer in de
buurt van Curaçao komen veranderen de woorden waarmee
ik spreek. Ik heb het niet meer over het vuilnis, maar over
sushi.
Het begon dit keer al in het vliegtuig. We zaten met zijn drieen
op een rij van vier. En de vierde stoel bleef heel lang leeg.
Nu ken ik niemand die dan niet denkt: ‘oh please, laat de
stoel leeg blijven’ en ik heb toch al vaak het geluk gehad dat
de stoel ook leeg bleef. Altijd weer die inschatting van mensen
om je heen wie de stoel zou willen claimen. In dit geval
was het duidelijk dat ik dat zou gaan doen. Ik zou een plek
opschuiven, zodat er een stoel in het midden vrij zou komen
en die claimt nooit iemand, want daar wil niemand zitten.
Ik zag mijn man ook kijken. Hij zegt ook: het zou fijn als die
stoel leeg blijft, dan hebben we iets meer ruimte. Ik reageer
met: stends er maar niet te veel op. En toen raakte ik hem
kwijt, zag ik. Hij keek mij twijfelend aan. Stends? Daar had
hij nog nooit van gehoord. Dus ik leg uit wat stendsen betekent
en ben verbaasd over mijzelf dat dit nooit eerder ter sprake is gekomen. Als enkel ik het
vergeten zou zijn, dan hadden we het nog kunnen wijten aan een acuut geval van Alzheimer,
maar helaas, ook mijn zwager kent het niet en twee tegelijk is geen toeval meer. Ik spreek op
Curaçao dus echt een andere taal dan in Nederland.
Ik doe dit blijkbaar niet alleen met Papiamentstalige woorden. Ook het Nederlands wil ik nog
wel eens naar mijn hand zetten. Ik leg mijn zwager uit dat ik een paar jaar geleden geholpen ben
door een hele grote, zeer donker gekleurde man in de the middle of nowhere, ergens op Koraal
Tabak, en hij sprak plat Rotterdams. Hij sprak mij aan met vrouwke. Maar dat is dan weer Brabants,
helemaal geen Rotterdams. Dus het verhaal begon goed, maar de clue mislukte door mijn
eigen partois.
Terwijl we hierover in gesprek zijn met elkaar maakten wij een lijstje met daarop wat pasapalu’s
die we willen kopen of klaar maken voor de verjaardag van mijn vader. En ook nu keek mijn man
mij vragend aan. Pasapalu’s? En voordat ik kon uitleggen wat het betekende, was mijn zus mij
voor met de beste vertaling die er voor is: wandelende stokjes. En ik zie hem denken: ze nemen
me in de maling. Of dat nou door het antwoord kwam of door onze schaterlach durf ik niet te
zeggen. Ik geef hem wel een extra pikabal die avond om het goed te maken. Of ik loop naar hem
toe met een sateetje, dat ligt meer in de lijn der verwachting.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten