zondag 18 januari 2015

Kerstkrant 2014



Al mijn schrijfsel zijn ooit ontstaan uit een gevoel van heimwee. En vaak is dat nog steeds aanleiding om iets op te schrijven. Schrijven is altijd een uitlaatklep voor mij geweest. Door mijn gevoel en ervaringen weer te geven op papier maakt het voor mij dragelijk om ermee om te gaan. Dat anderen dit ook herkenden sterkte mij om ermee door te gaan. Dit klinkt heel zwaar en zo voelt het soms ook, maar lang niet altijd hoor.  Ik ben ook wel van het aanpakken en niet bij de pakken neerzitten. Tenzij het cadeaupakken zijn, daar ga ik graag bij zitten. Of maatpakken, die zie ik ook graag naast me zitten.
Heimwee, is zo’n gevoel dat je het liefst overvalt. Op een moment dat het helemaal niet uitkomt. Dan sta je in de supermarkt te bedenken wat je die week wil eten en zie je op de plank naast je een blikje Coco Rico staan. Terwijl ik dat op Curaçao dus echt nooit drink. Of als je thuis een kerst-cd opzet, in augustus wil het gevoel zich ook nog wel eens opdringen. Facebook is een dubbele in dit verhaal. Aan de ene kant geniet ik zo ontzettend van het contact met vrienden aan de andere kant van de wereld, de afstand is door de computer zo vereenvoudigd, maar ik word er tegelijk ook constant aan herinnerd dat ik in Nederland woon en niet op Curaçao. Mijn gevoel wordt door velen gedeeld. En het zegt niets over mijn Nederlandse contacten, want ook die zijn mij dierbaar. Wat is dat toch, dat heimwee.
Het woordenboek omschrijft het als een verlangen naar huis, naar geborgenheid, naar zekerheden, waarop mijn man, terecht zegt, dat ik dat ook allemaal in Nederland heb. Het woordenboek omschrijft verder dat heimwee sterk overeen komt met melancholie, en bij die laatste gaat het om een verlangen naar situaties in het verleden. Dus ben ik nu melancholisch of heb ik gewoon heimwee?
Het maakt mij niet zoveel uit. Geef het beestje een naam. Ik weet dat ik in de aanloop naar kerst steeds meer last krijg van dit gevoel, en met mij blijkbaar nog veel meer mensen. Vrienden die ik spreek, wonende in Nederland, Amerika, Zwitserland, en verder weg herkennen het gevoel. Ik ben afwezig, dwaal af met mijn gedachten. Ik zie mijn man af en toe kijken of het wel goed gaat. Ik heb inmiddels geleerd om te benoemen wat mij dan bezig houdt, aangezien  gedachten raden niet het beste in onze relatie naar boven haalt.
Hij snapt goed dat ik last heb van dit gevoel , maar zegt ook heel terecht. Mo, tel je zegeningen. Denk in mogelijkheden. We zijn gezond, hebben gezonde kinderen, we lijken redelijk ongeschonden door de crisis heen te komen, hebben een leuk dak boven ons hoofd en veel familie die van ons houdt en die we met de feestdagen heel veel zullen zien.
Rationeel heeft hij helemaal gelijk. Alleen dat voelt niet zo en ik kan het niet uitgelegd krijgen. Kerst en oud en nieuw zijn voor mij zo verbonden met Curaçao dat ik er maar met moeite aan kan wennen dat het in Nederland ook gevierd kan worden. En dat het dan nog leuk is ook. De laatste jaren vieren we het steeds meer in Nederland. Financieel is het niet meer haalbaar om te vliegen in de kerstperiode. Je betaalt de hoofdprijs. En aangezien we toch dat huis, die auto, die kerstboom, kerstham en vuurwerk willen, houden we niet genoeg over voor nog een paar tickets.
We hebben de Caribische kerst allang geleden hierheen gehaald. De ham, de ayaka’s, José Feliciano, familie, ponche crema, en met oud en nieuw een echte pagara. Wat wil ik dan nog meer? Ik wil de geur van dennennaalden. In Nederland is het zo koud dat je de kerstboom pas na vier weken ruikt, tot die tijd spuit je er een geurtje over heen. Op Curaçao is het (te) warm voor de bomen, dus die vallen sneller uit, en gaan dus al veel eerder ruiken. Ik mis het samen zijn met vrienden. Van borrels en get togethers bij de één, tot een kerstdiner bij de ander. Buiten, in de open lucht. Ik mis de nachtmis, waar de vrouwen in hun mooie galajurk zitten en de mannen in pak. Niet weggestopt onder een dikke winterjas, in een te koude kerk.  Het gezamenlijk nachtontbijt voordat je naar een feest ging, waar je tot diep in de nacht danste. Samen kerstontbijten waarna je nog even ging zwemmen om je moeheid van de avond tevoren eruit te zwemmen.  Vrienden die spontaan langs komen, aangezien afstand geen issue is.  Is het dan toch melancholiek?  Het terugverlangen naar vroeger.
Om niet bij de pakken neer te zitten herpak ik mijzelf en geniet ik van onze mooie boom. Ik geniet van een worstenbroodje, aangezien ik dit jaar niet makkelijk aan bananenbladeren kan komen om zelf ayaka’s te maken. Ik pak mijn momenten en koester deze. Ik doe er een zilveren lintje omheen en leg hem onder de boom en iedere keer als ik word bevangen door het melancholische gevoel van heimwee, rammel ik vast aan mijn pakje. Ik schud het in gedachten leeg, en op kerstochtend mag ik dit pakje als laatste openmaken. Helemaal alleen voor mijzelf. Ik hoef het met niemand te delen en mag het gebruiken wanneer ik het wil. Bon Pasku en alvast een Bon Aña Nobo.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten