zaterdag 12 november 2011

kleur

Kleur zegt zoveel. Huidskleur nog meer. Aan iemands huidskleur kan je soms al zien waar zijn roots liggen. Althans dat denkt mij al te gauw.

Hier in Nederland zijn er voor sommigen maar twee kleuren. Wit en zwart. Ben je wit, dan ben je een Nederlander. Ben je zwart, dan ben je import. Dan komt je niet uit Nederland en dat wordt ook gewoon zo gevraagd.

‘Waar komt u vandaan?’.

‘Eh…uit Lelystad’.

‘Ja, maar ik bedoel daarvoor?’. Men is wel voorzichtig he. Ze willen alles weten, hebben overal een mening over,  maar men wil niet uitgemaakt worden voor racist, want dat is niemand in Nederland.

‘Daarvoor?... ik ben vanochtend nog even in Harderwijk geweest, maar waarom vraagt u dat?’.

‘Nou, ik bedoel, u heeft niet zo’n kleur huid als wij he, snapt u. Dan komt u vast niet van hier’.

Meestal haak ik snel af als ik zo’n conversatie hoor in de bus of trein, maar ik ben erg nieuwsgierig naar de reactie van deze mevrouw.

De mevrouw keek met enig leedvermaak naar de vraagster en draaide toen het gesprek om.

‘Waar komt u vandaan?.

‘Hoe bedoelt u?’, vraagt de mevrouw licht geïrriteerd.

‘Nou, zoals ik het vraag, waar komt u vandaan?’.

‘Dat gaat u niets aan, waarom wil u dat weten?’.

De bus stopt en ik moet eruit. Ik heb helaas geen tijd om nog een halte te kunnen blijven zitten en moet deze discussie dus laten voor wat hij is.

Kleur bepaalt het beeld dat iemand ergens van heeft. Mijn man leerde mij kennen als Antilliaan. Een blanke Antilliaan. Mijn opa had nog een mooie bruine kleur en kroeshaar, maar door de generaties heen is daar niet veel meer van overgebleven.  De meeste van mijn vrienden die ook van Curaçao kwamen waren net zo blank als ik. Mijn man had dus het verwrongen beeld dat er op Curaçao vooral blanken woonden.

Hij keek zijn ogen uit toen hij er voor de eerste keer was.  En ’s avonds zei hij tegen mij: ’ik wist niet dat er op Curaçao zoveel gekleurde mensen woonden’.  Ik was enorm verbaasd.  Voor mij was dit zo gewoon. Voor mijn man inmiddels ook, maar het geeft wel aan dat kleur een eerste indruk achter laat bij mensen.

Zo zat mijn zus, net zo wit als ik,jaren terug in de bus. Tegenover haar zaten twee Curaçaose mannen uitgebreid hun seksleven te bespreken. In het Papiaments. Mijn zus, die een goed woordje Papiaments spreekt en verstaat deed alsof ze aan het lezen was in haar boek, maar luisterde natuurlijk naar deze conversatie. Ze hield de schijn een heel eind op, tot het haar niet meer lukte en ze heel hard in lachen uitbarstte. De mannen werden ruw uit hun conversatie gerukt door dit lachgeweld en keken mijn zus vreemd aan.

In onvervalst Papiaments gaf mijn zus te kennen dat het een boeiend verhaal was wat de mannen vertelden, maar dat haar kleur nou niet bepaald de vrijheid gaf voor hen om in het Papiaments zo’n verhaal te houden in de bus.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten